- Q: Hoe herkent ge tegenwoordig iemand die van Gent is?
- A: Aan zijn schoenen: als ze onder het stof en de modder zitten, staat er een Gentenaar voor uw neus.
Sinds de werken aan de Korenmarkt bezig zijn, is het kloppende hart van de Fiere Stede omgetoverd in een dorre stofwoestijn. En om het allemaal nog gezelliger te maken transformeert het plein bij regenweer in een weidse modderpoel.
Beestig wijs is dat. Daar ik een koppige drager van cowboybotten ben, stáát het als mijn schoeisel onder een dikke laag stof en aangekoekte modder zit. Dat geeft tamelijk nieuwe botten een geloofwaardigheid die je je niet zomaar eigen kunt maken door lafhartig tweedehands boots te kopen. Zodoende pleziert het mij als mijn bestemming het vereist dat ik langs de Korenmarkt passeren moet.
Nog geen maand geleden gaf één kant van de Korenmarkt zelfs een blik op het Gent van 600 jaar geleden. Dan heb ik het niet over de archeologische opgravingen die er sporadisch plaatsvinden, maar over het totale plaatje: er lag een open riool met allerlei vuiligheid in en werkelijk overal lag er een dikke laag modder. Het volk bleef er lustig door ploeteren. De terrassen stonden zelfs uit, ín het slijk. Door het regenweer had ik m’n appareil photo niet bij, zodat ik er helaas geen foto van kan tonen.
Aan de andere kant van het geteisterde plein lagen er naast diepe geulen en putten hoge bergen aarde. Alsof er een stuk Ieper uit 1918 in de Gentse binnenstad van vandaag was neergestreken. Elk moment verwachtte je een wolk mostaardgas te zien passeren. Onwillekeurig keek je sporadisch over je schouder of er geen mof klaarstond om een bajonet door je longen te prikken.
Het lollige van de hele zaak was dat het publiek zomaar tussen de kranen en heel den bazaar mocht lopen. Ja, hier en daar stonden hekkens om te vermijden dat het volk in de open riool zou lopen, maar verder was de werf vrij toegankelijk voor iedereen die zin had om een beetje in de weg te lopen. Zo hoort het in een democratie.


Maar wat met de Gentse Feesten?, vroeg ik me meermaals bezorgd af. Ze kunnen dat spel toch niet zo laten liggen als er daar elke dag honderdduust man moet passeren? Geen paniek, het stadsbestuur had een plan: in de week voor de Feesten alles snel, snel toesmijten, zodat er van mortierkraters, loopgraven en andere hindernissen geen sprake meer zou zijn.

Dat plan is min of meer geslaagd. Voortaan kun je weer langs de Korenmarkt paraderen zonder het risico te lopen in een open riool te glibberen.


Nu, hoe de Korenmarkt erbij ligt tijdens de Gentse Feesten, kan mij persoonlijk geen kloten schelen. Ik mijd dat plein dan als de pest. Veel te veel volk. Vaak ook buitenstedelijk volk. Provincialen die nog maar een Duvel zien en al scheef op hun benen staan. Mensen voor wie burgerlijke hoofsheid een schande is en elementaire beleefdheid een vloek. Op de Vlasmarkt vind je om zes uur ’s ochtends meer nuchtere zielen dan in de late namiddag op de Korenmarkt.

Los daarvan denk ik dat ik er volkomen klaar voor ben. Elf dagen lang de zon zien opkomen van tussen de alcoholdampen, dat moet ook dit jaar weer lukken. Het verslag zult u elke dag hier en hier kunnen lezen. Santé!
Hoe is het mogelijk dat een hoofdredacteur zulk een pen aan de eindredactie toevoegde en uiteindelijk ontslaat.
Hela, hela,
Buitenstedenlijk volk verdenken van geen Duvel te kunnen drinken zonder scheef op hun benen te staan…
We gaan hier niet stoer doen, maar Duveltjes drinken is niet alleen weggelegd voor Gentse, weliswaar fantastische artikels schrijvende journalisten met cowboy boots.
Schol…
We drinken er één op wederzijds respect. Ad fundum!