Het is gedaan met de mensheid. Samen met het water droogt de hoop van de laatste overlevers op. Van beschaving is er nauwelijks nog sprake. Psychopaten krijgen vrij spel. Dat is de setting van The Guardians of the Phoenix van Eric Brown. Er is één grote schuldige voor de apocalyps: de menselijke natuur. Met de wetenschap als medeplichtige.

Waarover gaat sciencefiction? Het antwoord durft al eens te luiden: de toekomst. Of: robots, slimme computers en ruimtereizen. Natuurlijk niet. Sciencefiction gaat in de eerste plaats nog altijd over wetenschap, zowel de goede als de slechte kanten ervan.
In Guardians of the Phoenix (2010) van de Britse auteur Eric Brown komt de slechte kant aan bod. De wereld is één uitgestrekte woestijn, voor een groot stuk onleefbaar. Ook Europa is een kale, bloedhete zandvlakte. Hier en daar tracht een kolonie te overleven, maar water en voedsel worden met de dag schaarser. Het aantal Europese overlevers wordt nauwelijks hoger dan duizend geschat. De dagen van het Avondland zijn geteld.
In de uitgedroogde ruïnes van Parijs blijft de jonge Paul in leven op een dieet van hagedissen. Toen hij klein was, nam de veel oudere Elise hem onder haar hoede, nu zijn de rollen omgekeerd. Elise waarschuwt de jongeman dat hij niet te veel moet speculeren over de toekomst. Het is het heden dat telt:
Efficiency gained results. An ordered day not only meant survival, but imposed purpose on the long hours of the long days that stretched into the future. Elise had seen many people go mad from lack of purpose. Without routine, she’d told him, without strict adherence to small, daily duties, a mind could dwell on the future, on what might be – and that way led to despair and finally madness.
Het lijkt wel alsof Elise een vermanende vinger opsteekt naar sf-schrijvers: houd u bezig met het heden en droom niet zo over wat de toekomst brengen zal. Maar het heden is net één van de belangrijkste thema’s van (goede) sf. Die extrapoleert het heden. Toont ons vanuit een ander perspectief hoe de maatschappij er nu uitziet. Plaatst er kanttekeningen bij.
Dat doet ook Guardians of the Phoenix. De ongebreidelde technologische vooruitgang is in volle vaart tegen een muur geknald. Bij wat er zoveel jaren later overblijft van de mensheid heerst er een groot wantrouwen tegenover wetenschap en technologie. De vader van Samara, de leidster van een kolonie overlevenden, heeft haar altijd ingeprent dat wetenschappers de wereld naar de vaantjes geholpen hebben:
Scientists, he had told her, had brought about the destruction of the world. In a greedy bid to use all the world’s resources, to create countless machines and so make easier the lot of the rich, scientists had unleashed pollutants into the air, noxious chemicals which had killed the atmosphere and allowed increased heat and sunlight to burn away the world’s water. That was why they were living as they were now, scrabbling like animals in the ruins of civilisation in a bid to scrape a living.
De ouderling Ed heeft de implosie van het mensdom zelf meegemaakt. Hij legt de schuld niet zozeer bij de wetenschap an sich, maar bij de menselijke natuur:
“Do you know something,” Ed said. “I don’t think the human race was ever happy. It’s not built into the psyche for us to be content. In evolutionary terms, contentment is a dead end. We always strived, wanting more – even back then, when we had everything, when you’d think the race would be satisfied with its lot. But we were dissatisfied and strove for more…” He smiled. “I suppose that was our downfall.”
Weinig hoop dat de mensheid ondertussen zijn lesje heeft geleerd, koestert Ed niet:
Ed smiled, an almost ghoulish expression on a face so skeletal. “Stupidity happened, Paul. Greed happened. Humans happened. The same thing happened as is happening now. You saw it yourself just yesterday. One group of humans wanted more, and thought they knew the best way to go about getting more, and did so, and people suffered.” He gestured a big hand across the expanse of darkness before him. “It’s both very simple and very complex, so easy to understand and yet at the same time so difficult to comprehend. And, of course, it is impossible to ensure that it won’t happen again.”
In Guardians of the Phoenix zit er geen escapisme. Daarvoor is de menselijke wreedheid te hard en te onverbloemd. Niet alleen zijn de overlevenden tot in het oneindige gekloot door de vorige generaties, ze doen elkaar ook ontzettend de duvel aan. Deze roman hakt erin.